1. Studeren 2. Te laat 3. Werken 4. De markt 5. Vakantie 6. Leuk 7. Pasta 8. Hoofd 9. Niet mooie 10. Jeans 11. Schoonmaken 12. tuin 13. Een groote huis 14. Leuk 15. Zout 16. Zwaar 17. Verhuizen 18. Een boek 19. Elke dag 20. Een baby 21. Huis 22. De tv 23. Een brill hebben 24. Fijn 25. Spanned 26. Uitstappen 27. Jammer 28. Moeilijk 29. Lezen 30. Eten 31. De winkel 32. Schoonmaken 33. Haar familie 34. Balkon/ dak 35. Muziek 36. Zijn werk