Рет қаралды 2,312
Jeroen van Eduvik legt aan de hand van een ezelsbruggetje uit hoe je weet of een voltooid deelwoord eindigt op een t of d.
Heeft je werkwoord een stam (=werkwoord - en) die eindigt op één van de medeklinkers uit 't kofschip of 't fokschaap, dan hebben we een zwak werkwoord. Bij een zwak werkwoord schrijven we het voltooid deelwoord op de volgende manier: stam + T
Heeft je werkwoord een stam die eindigt op een medeklinker die niet voorkomt in 't fokschaap/ 't kofschip, dan spreken we van een sterk werkwoord. Bij een sterk werkwoord schrijven we het voltooid deelwoord op de volgende manier: stam + D
Meer hulp nodig? Op www.eduvik.com vind je hulp op maat.