Рет қаралды 16,208
Voor Etty
Deze plaat brengt mij terug naar mijn jeugd, toen ik hem heel vaak hoorde. Een van mijn grootste geluksmomenten beleefde ik in 2007. Ik was al meerdere keren in "Su" geweest.
Ik reed dat jaar met een auto op de Kwattaweg in Paramaribo. Opeens schalde dit nummer uit de speakers van de radio. Mijn moment van herkenning.
Ik heb nooit, zoals velen van mijn hollandse generatiegenoten, een band met het ook prachtige Indonesie gehad. Mijn alllergrootste wens was vanaf mijn prille jeugd Suriname te zien en te beleven.
King Fighter, de zanger van deze song, heette in het dagelijks leven Shurland Wilson.
Hij was bokser en Calypsozanger. Hij werd geboren in Gyana op 10 oktober 1928 in Victoria Village, East Coast Demerara, en stierf in Grenada op 19 december 1999.
Hij was volgens velen, de grootste zanger van Guyana en werd gerangschikt onder calypso legendes van de Caraïben.
Hij was een bescheiden man met een zeer melodieuze stem en had verschillende sobriquets waaronder "de Sookie man", en "de Pajama Suit man", genomen uit zijn calypso,
Kom Leh We Go Sookie (1964) en Man in a pyjama Suit (1966 ).
Koning Fighter begon als een visser en startte als bokser in de jaren 1950. Hij stond bekend om zijn voetenwerk. Hij gebruikte vaak zijn "de vechtende houding" op het podium,
het opstijgen zijn hoed om te pronken met zijn kale hoofd, die de menigte dan luid liet brullen.
Zijn eerste opnamen, 78 toeren, werden gemaakt in het midden van de jaren '50. Ah Ah Dream Dead / Fast-Mouth Heren 1955 - Melodisc; De Coo Coo / Bail Out en Go 1955 - Ace;
Twee Oude Calypso legenden van Koning Fighter.
In 1963 kwam zijn opname "Kom Leh We Go Sookie", die hem een internationale ster maakte.
Het nummer"Surinam" komt uit het begin van de jaren zestig. Ik kan niet achterhalen welk jaar exact.
Ook een andere bekende calypsozanger bracht een ode aan Suriname.
The mighty Sparrow bezong met het nummer "Bigi bradi bakasei" zijn bewondering voor de surinaamse vrouw.
Samen met de Mighty Sparrow, was hij een van de oprichters van de Young Brigade, een groep van Calypsonians die zeer invloedrijk in de evolutie van calypso waren.
Hij toerde in Suriname, Canada, de Verenigde Staten en het Caribisch gebied, met inbegrip van de steden van Montreal, Boston, Baltimore en New York, waar de Glamour Boys Tour met succes werd gespeeld.
Zijn People Will Talk (1964) is misschien wel een van de grootste calypso klassiekers van de 20e eeuw.
Zijn overlijden, net als dat van veel andere Caribische artiesten is voor velen onopgemerkt gebleven. Zijn erfenis is een eerbetoon aan de gouden jaren van de calypso.
Zijn laatste publieke optreden was als gastartiest bij het Grenada Nationale Song Festival in oktober 1999, toen hij een award ontving voor zijn bijdrage aan de ontwikkeling van regionale calypso.